LeadTech-printer-toonaangevende fabrikant in de codering & Markering van de industrie sinds 2011.
1. Er is geen display op het scherm wanneer de stroom is ingeschakeld. Reden A: De voeding heeft geen spanning. Oplossing: controleer de voeding en de bijbehorende verzekering. Reden B: het scherm is niet correct ingesteld (sleutels maken een geluid). Oplossing: na het opnieuw opstarten van de printer drukt u op Ctrl+L en wacht u tot het scherm verandert. Nadat het duidelijk is, drukt u op elke toets om te bevestigen. 2. De kwaliteit van de gedrukte lettertypen is slecht of de tekens zijn onvolledig. Reden A: Het mondstuk is te ver weg van het besproeien object. Oplossing: pas de afstand aan tussen het mondstuk en het afdrukoppervlak aan. Reden B: de lettertypehoogte is te klein of te groot ingesteld. Oplossing: reset de karakterhoogte. Reden C: de lettertype -breedte is te klein of te groot ingesteld. Oplossing: reset de karakterbreedte. Reden D: De vorm van het breekpunt is verkeerd. Oplossing: observeer en pas het breekpunt aan. Reden E: inkt hangt in de herstelbuis. Oplossing: observeer en pas de inktlijn aan na het reinigen van de inktherstelbuis. Reden F: de relatieve beweging is ongelijk en stabiel. Oplossing: bepaal de afdrukpositie opnieuw of gebruik een roterende encoder. 3. Er is geen foutprompt, maar het product wordt niet afgedrukt. Reden A: het woordbreedte of de afdrukvertraging is onjuist ingesteld. OPLOSSING: Richt de tekenbreedte of afdrukvertraging opnieuw aan. Reden B: De sensor is defect. Oplossing: controleer de beschikbaarheid en volledigheid van de sensor. Reden C: de afdrukmodus is onjuist ingesteld. Oplossing: controleer en wijzig de afdrukinstellingen. 4. Tijdens het productieproces heeft het gedrukte product het fenomeen van ontbrekende afdrukken. Reden A: onjuiste installatie van de sensor (elektrisch oog). Oplossing: wijzig de installatiepositie van het elektrische oog om ervoor te zorgen dat elk product door het elektrische oog kan worden waargenomen en de invloed van kleur op de inductie te elimineren. Reden B: De sensor is defect. Oplossing: controleer de beschikbaarheid en volledigheid van de sensor. Reden C: de afdrukmodus is onjuist ingesteld. Oplossing: controleer en wijzig de afdrukinstellingen. 5. De inktlijnpositie is onjuist of onstabiel. Reden A: Het mondstuk is verstopt. Oplossing: reinig het mondstuk. Reden B: het filter is verstopt. Oplossing: de getrainde operator kan het filter vervangen onder begeleiding van de Service Engineer. Reden C: De inktlijnpositie is verkeerd. Oplossing: Nadat u ervoor moet zorgen dat het mondstuk onbelemmerd is, past u de inktlijn aan